
Operatie zonder ziekenhuis
Steeds meer patiënten laten zich behandelen in zelfstandige klinieken. Er zijn geen wachtlijsten, maar de kwaliteit loopt uiteen.
In de lichte hoge zaal van het voormalige nonnenklooster Berg en Bosch liggen zeven patiënten op een rij. Goed geluimde verpleegsters serveren koffie met ontbijtkoek en knipogen naar de anesthesist die de laatste patiënt van de dag komt halen. In plaats van de gebruikelijke groene hoofdkap draagt hij een bandana met hip design.
De patiënten liggen op ruime afstand van elkaar en aan het voeteneinde van elk bed is een luxe flatscreen-tv gemonteerd. In de kastjes hangen witte badjassen en naast elk bed staat een paar badstof slofjes met de opdruk ’Bergman Beauty Care’. Die mogen de patiënten na afloop mee naar huis nemen.
Eigenlijk horen de slofjes bij de andere afdeling van de Bilthovense kliniek. De patiënten op de afdeling Medical Care zijn hier voor een schouderoperatie. Een ingreep waarvoor je drie jaar geleden nauwelijks buiten de ziekenhuizen terecht kon.
Sinds een aantal ingrijpende wetswijzigingen in 2006 maken zelfstandige klinieken op grote schaal gebruik van de mogelijkheid om reguliere zorg aan te bieden. Ze trekken steeds meer patiënten. De behandeling wordt vaak vergoed door de verzekeraar, de sfeer in de klinieken is wat gemoedelijker door het kleinschalige karakter en vooralsnog zijn er geen wachtlijsten.
Dat maakt het op z’n minst aantrekkelijk om verschillende zorgaanbieders met elkaar te vergelijken. Maar het blijft oppassen, want lang niet alle zelfstandige klinieken zijn betrouwbaar. De kwaliteit verschilt behoorlijk en controle is er nog nauwelijks.
„Zelfstandige klinieken leveren nu zowel niet-noodzakelijke als noodzakelijke zorg”, zegt Thijs Udo van de Zelfstandige Klinieken Nederland (ZKN). „Je kunt terecht voor plastische chirurgie, dermatologie, KNO, cardiologie, orthopedie, tandheelkunde en oogheelkunde. Voor acute zorg en operaties met levensgevaar moet je nog wel naar een ziekenhuis. En ook uitgebreide specialistische operaties, zoals hartchirurgie, longtransplantaties en darmoperaties, worden nu nog alleen door ziekenhuizen uitgevoerd.”
Het kenmerk van een zelfstandige kliniek is dat die gefinancierd wordt door private investeerders. Ze zijn in te delen in privéklinieken en Zelfstandige Behandel Centra (ZBC’s). Het verschil is dat een ZBC zowel verzekerde als onverzekerde zorg mag leveren. In een privékliniek is alle zorg onverzekerd. Onderzoeksbureau MediQuest heeft 146 ZBC’s en 211 privéklinieken in zijn bestand, en schat dat dat ongeveer het aantal actieve klinieken is in Nederland.
„Sommige klinieken kunnen zich meten met de beste ziekenhuizen. Er werken hoogopgeleide ervaren specialisten en de klinieken zijn voorzien van de modernste apparatuur”, zegt Udo. „De kosten per patiënt zijn lager dan in de ziekenhuizen. Dat was een eis van de zorgverzekeraars, om contracten met deze klinieken te kunnen afsluiten.” Volgens een nog niet gepubliceerd rapport van de Nederlandse Zorg Autoriteit werkten de ZBC’s vorig jaar gemiddeld 26 procent goedkoper dan de reguliere ziekenhuizen.
De rekken boven de chique leestafel bij de receptie van de Bergman Kliniek staan vol glossy’s, gericht op de beter gesitueerden. Vroeger deed de kliniek alleen plastische chirurgie en de bijbehorende sfeer hangt nog steeds in de gebouwen. De kosten van een cosmetische ingreep kunnen behoorlijk oplopen. De ’mommy make-over’, waardoor je er na een buikwand- en borstcorrectie misschien uitziet alsof je nooit een kind hebt gehad of beter, kost 7000 euro. En dat moet de kersverse moeder of vader wel zelf betalen.
„Plastische chirurgie vergoeden we nooit, tenzij het om een medisch noodzakelijke ingreep gaat. Als iemand een ongeluk krijgt waardoor bijvoorbeeld een cosmetische behandeling aan het gezicht moet plaatsvinden, vergoeden we dat wel. Maar als iemand z’n oogleden wil laten liften, dan niet”, zegt Stephanie Juranek van Zilveren Kruis/ Achmea. Niet-noodzakelijke ingrepen worden door geen enkele verzekeraar vergoed. Maar zelfs bij noodzakelijke ingrepen moet je goed opletten. Juranek: „We hebben contracten afgesloten met 150 klinieken. Als een kliniek geen contract met ons heeft, dan vergoeden we een ingreep voor 80 procent.”
Ondanks dat er de afgelopen jaren veel is veranderd, worden zelfstandige klinieken nog vaak gezien als het terrein van kwakzalvers die bedenkelijke medische handelingen uitvoeren; onverzekerd en ongecontroleerd door het Inspectiedienst Gezondheidszorg (IGZ). Dat vooroordeel lijkt niet helemaal onterecht. Thijs Udo van de ZKN: „Het probleem is dat iedereen een privékliniek kan beginnen. Officieel moet elke kliniek voldoen aan de kwaliteitseisen voor zorginstellingen, maar dat controleert niemand. De Inspectiedienst Gezondheidszorg sluit pas klinieken als er gedonder is.”
IGZ-woordvoerder Wouter van der Horst erkent dat: „We weten nog steeds niet van alle klinieken wat zich daar afspeelt. We zouden de klinieken een voor een moeten controleren, maar daar hebben we onvoldoende mankracht voor. Bovendien kunnen we pas gericht controleren als alle klinieken geregistreerd staan. Pas onlangs heeft de minister toegezegd dat de registratie wordt ingevoerd. Als we de indruk krijgen dat er iets mis is, gaan we controleren.
Dan kan ook sluiting volgen, zoals bij de Silhouet-klinieken in Breda en Weert in februari 2009.”
Maar hoe weet je als consument dat een kliniek betrouwbaar is, als zelfs de inspectiedienst het overzicht mist? Van der Horst: „We zeggen bij de IGZ: kijk zelf of er goed gewerkt wordt. Gewoon door aan de arts te vragen: ’hoe vaak doet u zo’n borstvergroting?’ Als je er een slecht gevoel over hebt, niet doen.”
Marcel van Beusekom van de Consumentenbond sluit zich daarbij aan. „Iemand die weinig operaties heeft gedaan is niet per definitie slecht, maar ervaring zegt wel iets. Je doet er goed aan om gesprekken aan te vragen bij meerdere klinieken. Die moet je goed voorbereiden door je bijvoorbeeld op internet te oriënteren en met je huisarts te praten.”
Als het om niet-noodzakelijke ingrepen gaat, adviseert Van Beusekom prijzen te vergelijken. „Goedkoop is niet altijd slecht, duur niet altijd goed. Vraag een offerte aan waarin ook staat wat ze precies gaan doen en bijvoorbeeld welk middel ze inspuiten. Je kunt dan zelf op internet nazoeken of dat voldoet aan de minimale veiligheidseisen.”
Om de kwakzalvers te scheiden van de echte dokters, begon de ZKN in 2006 een keurmerk. Udo: „We laten onze leden keuren door het onafhankelijke Europese instituut KIWA. We hebben nu meer dan dertig leden en vijftig kandidaatleden die nog bezocht moeten worden.”
Zowel de Consumentenbond als het IGZ adviseert patiënten om te controleren of een kliniek lid is van de ZKN. De Bergman Kliniek was een van de eerste klinieken met het keurmerk.
Een andere methode om te controleren wat de kwaliteit is van ziekenhuizen en klinieken is via Independer.nl. Via de website kan worden gezocht op specialismen, aandoeningen en op ziekenhuizen en klinieken in de buurt. De service is gratis voor consumenten. Maar Independer wordt door niet iedereen gezien als onafhankelijk.
Achter elke kliniek zitten investeerders. Die zullen zich niet met de medische ingrepen bemoeien, maar allicht wel met de methode om het bedrijf winstgevend te maken. Dat roept onder andere de vraag op of iemand die meer geld biedt, voorrang kan krijgen bij een zelfstandige kliniek. Udo: „Op dit moment zijn er geen wachtlijsten, dus daarvan is geen sprake. De mores in Nederland is dat iedereen gelijke behandeling krijgt in de zorg. Maar juridisch is dit nog absoluut niet dichtgetimmerd. Nederland heeft hier geen wetgeving voor.”
© Trouw 2009, op dit artikel rust copyright.